In dit artikel ga ik verder op de doelen die je voor een hoogbegaafd kind kunt formuleren. En de materialen die je kunt inzetten om de doelen te bereiken.
Persoonlijk doel
In de plusklas voor groep 5 tot en met 8 laat ik alle kinderen één of twee persoonlijke doelen kiezen waaraan zij gedurende een periode van acht weken aan kunnen werken. Tijdens de intervisiebijeenkomsten met mijn collega-studenten van de opleiding “Talentbegeleider” bij Novilo heb ik gemerkt dat plusklasbegeleiders goede ervaringen hebben met het werken met rubrieken.
Wat is een rubriek
Een rubriek is een verzameling van vaardigheden (subdoelen) die bij een hoofddoel horen. Bijvoorbeeld rubriek “Leren leren”. Vaardigheden die hierbij horen zijn: een groeiende mindset ontwikkelen, een actieve leerhouding aanleren, leren plannen, leren structureren, leren organiseren, verschillende leerstrategieën kennen, portfolioleren etc. Het hoogbegaafde kind leert kritisch naar zichzelf kijken en kiest op welk niveau hij of zij het doel gaat aanpakken. Er zijn vier niveaus namelijk: starter, verkenner, gevorderde en expert. Stel dat een kind gelijk aangeeft dat hij/zij op het gevorderdenniveau zit, dan moet je als plusklasbegeleider wel met het kind in gesprek gaan om te checken of het inderdaad zo is.
Welke rubrieken
Ik maak in mijn plusklas gebruik van de volgende rubrieken:
- Leren leren
- Zelfstandigheid
- Onderzoekend leren
- Presenteren
- Spaans
Ik heb gekozen voor het vak Spaans, omdat ik de lessen dan ook zelf kan geven. Je kunt ook kiezen voor het vak Chinees of Russisch. Het hoofddoel is niet zozeer de taal beheersen, maar vooral leren doorzetten en niet opgeven. Hoogbegaafde kinderen kiezen meestal dingen die binnen hun interessegebied liggen en zetten zich hiervoor helemaal in. Als iets niet binnen hun interessegebied valt en als zij het ook niet leuk vinden, dan kan het zijn dat hoogbegaafde kinderen het willen opgeven. Zij vinden het dan moeilijk en willen zeker niet laten blijken dat dat zo is. Dus kunnen ze roepen dat ze het saai vinden en toch iets anders willen doen.
Voorbeeld uit de praktijk
Een hoogbegaafde jongen uit groep 4 (6 jaar) begeleid ik individueel. Ik vraag aan hem welke dingen hij al goed kan en wat hij nog graag zou willen leren. Hij noemt Duits leren, vlag/volkslied van een heleboel landen en veel over de natuur. Uit het gesprek blijkt dat hij al deze dingen leuk vindt en daarom meer over wil leren. Toen zei ik dat wij ook iets anders gaan doen en dat hij mag stoppen als hij het kan. Ik vertel hem dat wij iets van het vak Spaans gaan leren: vijf kleine doelen (tellen tot 10, de kleuren, hoe je zegt hoe je heet, hoe vraag je hoe de ander heet, hoe je vraagt hoe het met iemand gaat). Hij was helemaal overstuur en wilde dat niet. Hij wilde in eerste instantie ook niet vertellen waarom hij dat niet wilde. Maar later zei hij toch dat hij Spaans helemaal niet leuk vindt en dat hij Duits wilde leren, omdat hij dat veel leuker vond. Ik gaf aan dat hij mocht stoppen met het vak Spaans als hij de vijf doelen beheerste. Na de vijf doelen wilde hij niet meer stoppen en was blij dat hij had doorgezet. Hij zei nog trots: “Nu kan ik Nederlands, Hongaars, een beetje Duits èn een beetje Spaans”.
Hoogbegaafde kinderen moeten ook leren
Hiermee wil ik aangeven hoe belangrijk het is om hoogbegaafde kinderen ook dingen te leren die zij in eerste instantie niet leuk vinden. Want zo gaat het op het voorgezet onderwijs ook. Zij krijgen niet alleen maar vakken die zij leuk vinden, maar moeten zich ook inspannen voor dingen die niet altijd door hen als leuk worden ervaren. Maar ze moeten het toch doen. Daarom is het belangrijk om bij hoogbegaafde kinderen vaardigheden als inspannen, doorzetten, samenwerken, om te gaan met teleurstellingen, een growth mindset ontwikkelen, etc. te trainen. Mijn trainer bij Novilo zei altijd: “School is geen Efteling”.
Hoe werk ik in de plusklas
Ik heb voor de hoogbegaafde kinderen een plusmap. Hierin hebben zij achter het tabblad POP (persoonlijk ontwikkelingsplan) alle rubrieken zitten. Voor een periode van acht weken kies ik steeds één rubriek uit. Hieruit mogen ze dan één of twee doelen kiezen waaraan zij gaan werken. Zij krijgen van mij een format en vullen hier het doel in en hoe zij aan het doel gaan werken. Naarmate de kinderen beter begrijpen hoe de rubrieken werken, kun je het kind geheel zelfstandig een rubriek laten kiezen en een aantal doelen die hierbij horen. Je kunt ook uit ieder rubriek een doel laten kiezen. Dit kun je pas bepalen als je de groep pluskinderen goed kent. Wil je een voorbeeld van een format ontvangen, mail mij dan.
Comments